Patiëntervaringen na start met inhalatiecorticosteroïden

Het behoeven van een onderhoudsbehandeling met inhalatiecorticosteroïden (ICS) verandert het leven van een patiënt behoorlijk. Na start met een ICS zou mogelijk eerder contact tussen apotheker een patiënt nodig en waardevol kunnen zijn, dan pas bij de aflevering van een volgende inhalator.

Dit onderzochten Kuipers et al. met een kwalitatieve studie. Hiervoor hebben vijf apothekers 23 ICS-starters telefonisch geïnterviewd. De uitgeschreven verslagen werden geanalyseerd met behulp van het Theoretical Domains Framework, een overzicht uit de gedragswetenschappen met 14 elementen die het menselijk gedrag beïnvloeden. Van deze gedragsvormen kwamen 11 aan bod tijdens de gesprekken. Van deze werd niet elk gedrag beoordeeld als een potentiele barrière voor goed ICS-gebruik.

Voorbeelden van vormen van gedrag die wel aanleiding vormden voor apothekers om zorg te bieden: sommige patiënten misten kennis van de ziekte en therapieduur, anderen waren bezorgd over bijwerkingen van corticosteroïden en weer anderen hadden tips nodig om het gebruik van ICS in hun dagelijks leven in te kunnen passen. Wel konden de meeste patiënten persoonlijke doelen benoemen voor hun astmabehandeling.

Patiënten en apothekers vonden deze gesprekken nuttig. De onderzoekers concluderen dat hun resultaten voldoende aanleiding geven om contact van apothekers met ICS-gebruikers kort na de start als standaardzorg te implementeren.